Een relatief grote springstaart. In vergelijking met andere tomoceride springstaarten zijn de antennen van P. flavescens vaak iets langer en heeft hij kenmerkende, fijnbehaarde schubben op het lichaam. Deze soort komt veelal voor in vochtige, schaduwrijke leefomgevingen, zoals bosbodems bedekt met bladstrooisel, halfverteerd hout en mossen, waar hij zich voedt met schimmels en organisch materiaal. Zijn aanwezigheid wijst op een rijk, humusrijk microklimaat.